De voorzitter opent de zitting op 20/12/2022 om 21:07.
De algemeen directeur legt de notulen voor van de vergadering van de gemeenteraad van 29 november 2022.
Artikel 32 van het Decreet Lokaal Bestuur
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd de notulen, zoals voorgelegd door de algemeen directeur, goed te keuren.
Door raadslid Jason Broodcoorens van de N-VA-fractie wordt gevraagd dat de weigering van het indienen van een amendement door de N-VA-fractie - opgenomen wordt in de notulen. De voorzitter antwoordt dat ze op deze vraag tot aanpassing van de notulen niet wenst in te gaan.
Tevens wordt gevraagd om "Variapunten" op te nemen in de notulen. Hiervoor wordt er verwezen naar artikel 32 § 2 van het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad waarbij bepaald is dat het zittingsverslag wordt vervangen door een audio- of audiovisuele opname van de openbare zitting.
Enig artikel.- De notulen van 29 november 2022 worden goedgekeurd.
In uitvoering van artikel 3, §2 van het KB van 22 mei 2019, betreffende de noodplanning en het beheer vannoodsituaties op het gemeentelijk en provinciaal niveau en betreffende de rol van de burgemeesters en de provinciegouverneurs in geval van crisisgebeurtenissen en -situaties die een coördinatie of een beheer op nationaal niveau vereisen, moet iedere bevoegde overheid een Algemeen Nood- en Interventieplan (ANIP) uitwerken.
De wijziging van het wettelijk kader door bovenstaand KB resulteerde er onder meer in dat de noodplannen vandaag op een dynamischer manier kunnen worden uitgewerkt en via het voorziene model in het nationaal veiligheidsportaal (ICMS) kunnen worden opgenomen. Het grote voordeel van deze werkwijze is dat alle gemeentelijke en provinciale noodplannen meer op elkaar afgestemd zullen zijn.
Met een mail van 29/06/2022 vroeg de provinciegouverneur Jan Spooren om het gemeentelijk ANIP grondig te actualiseren en aan te passen op basis van de aangereikte structuur binnen het nationaal veiligheidsportaal (ICMS).
Op 01/10/2022 werd het ANIP van de gemeente Gooik conform dit model in het nationaal veiligheidsportaal bijgewerkt en opgestuurd naar de Gouverneur.
Tenslotte werd het ANIP van Gooik op 16/11/2022 goedgekeurd door de Gouverneur en dient dit enkel nog ter goedkeuring aan de gemeenteraad worden voorgelegd.
- Decreet lokaal bestuur;
- Wet van 31 december 1963 betreffende de civiele bescherming;
- KB van 31 januari 2003 tot vaststelling van het noodplan voor de crisisgebeurtenissen en –situaties die een coördinatie of een beheer op nationaal niveau vereisen:
- KB van 22 mei 2019 betreffende de noodplanning en het beheer van noodsituaties op het gemeentelijk en provinciaal niveau en betreffende de rol van de burgemeesters en de provinciegouverneurs in geval van crisisgebeurtenissen en -situaties die een coördinatie of een beheer op nationaal niveau vereisen.
Het ANIP van de gemeente Gooik werd op de veiligheidscel van 8 december 2022 goedgekeurd.
Enig artikel.- Het Algemeen Nood- en Interventieplan van de gemeente Gooik goed te keuren.
Het meerjarenplan 2020-2025 van gemeente en OCMW Gooik is wat betreft het deel van het OCMW vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn in zitting van 17 december 2019 en vervolgens op dezelfde datum goedgekeurd door de gemeenteraad en wat betreft het deel van de gemeente, goedgekeurd door de gemeenteraad in zelfde zitting.
Artikel 257 van decreet over het lokaal bestuur legt op dat het meerjarenplan minstens één keer per jaar moet worden aangepast, waarbij in elk geval de kredieten voor het volgende boekjaar worden vastgesteld. Als dat nodig is kunnen daarbij ook de kredieten voor het lopende boekjaar worden aangepast. Daarnaast kan het meerjarenplan, als dat nodig is, ook worden aangepast om alleen de kredieten voor het lopende boekjaar aan te passen.
De meerjarenplanaanpassing nr. 1 2020-2025 van gemeente en OCMW Gooik is wat betreft het deel van het OCMW vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn in zitting van 29 september 2020 en vervolgens op dezelfde datum goedgekeurd door de gemeenteraad en wat betreft het deel van de gemeente, goedgekeurd door de gemeenteraad in zelfde zitting.
De meerjarenplanaanpassing nr. 2 2020-2025 van gemeente en OCMW Gooik is wat betreft het deel van het OCMW vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn in zitting van 22 december 2020 en vervolgens op dezelfde datum goedgekeurd door de gemeenteraad en wat betreft het deel van de gemeente, goedgekeurd door de gemeenteraad in zelfde zitting.
De meerjarenplanaanpassing nr. 3 2020-2025 van gemeente en OCMW Gooik is wat betreft het deel van het OCMW vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn in zitting van 28 september 2021 en vervolgens op dezelfde datum goedgekeurd door de gemeenteraad en wat betreft het deel van de gemeente, goedgekeurd door de gemeenteraad in zelfde zitting.
De meerjarenplanaanpassing nr. 4 2020-2025 van gemeente en OCMW Gooik is wat betreft het deel van het OCMW vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn in zitting van 21 december 2021 en vervolgens op dezelfde datum goedgekeurd door de gemeenteraad en wat betreft het deel van de gemeente, goedgekeurd door de gemeenteraad in zelfde zitting.
Door nieuwe en gewijzigde informatie en elementen dringt een nieuwe, vijfde, aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 zich op met als doel zowel de kredieten van 2022 aan te passen als de kredieten van 2023 vast te stellen.
Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, in het bijzonder artikel 249 §3.
Het besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen (BVR BBC).
Het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen (MB BBC).
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd om zijn deel van de meerjarenplanaanpassing nr. 5 2020-2025 vast te stellen en het deel van het OCMW goed te keuren.
Het managementteam heeft in de vergadering van 02/12/2022 een positief advies uitgebracht aangaande het voorontwerp van de meerjarenplanaanpassing nr. 5 2020-2025.
Artikel 1.- De gemeenteraad stelt zijn deel van de meerjarenplanaanpassing nr. 5 2020-2025 vast. Deze meerjarenplanaanpassing bestaat uit een strategische nota, een financiële nota en een toelichting. Deze stukken maken integraal deel uit van huidig besluit.
Artikel 2.- De gemeenteraad keurt het deel, dat de raad voor maatschappelijk welzijn heeft vastgesteld in zijn vergadering van 20 december 2022, van de meerjarenplanaanpassing nr. 5 2020-2025 goed.
Artikel 3.- De gegevens over dit beleidsrapport worden door de gemeente in digitale vorm aan de Vlaamse regering bezorgd (cfr. o.a. art. 250 van het decreet over het lokaal bestuur).
De gemeente en de burgers worden voortdurend geconfronteerd met de plaatsing van en/of onderhoud aan verschillende nutsvoorzieningen op gemeentelijk grondgebied.
Deze nutsvoorzieningen vergen werkzaamheden langs de gemeentelijke wegen en hebben aldus een impact op het openbaar domein.
Door de gemeente werd de Code voor Infrastructuur- en Nutswerken langs gemeentewegen goedgekeurd die tot doel heeft een snelle en vlotte uitvoering van de werken te bevorderen teneinde de hinder en de duur van de werken tot een minimum te herleiden.
Deze Code werd opgemaakt door een overlegplatform bestaande uit een delegatie van nutsbedrijven en een delegatie van de gemeenten.
Op het vlak van het onderhoud en de herstellingen moeten ook geregeld dringende werken worden uitgevoerd die verband houden met de continuïteit van de dienstverlening en dat er daarnaast een aantal werken zijn zoals aansluitingswerken, herstellingen en andere kleine onderhoudswerken die omzeggens constant een impact hebben op het openbaar domein.
De Code werd geactualiseerd naar aanleiding van meer aandacht voor minder hinder, meer oog voor het totaal concept en het gebruik van nieuwe e-instrumenten GIPOD, KLIP....
De Grondwet, in het bijzonder artikel 173.
Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 zoals nadien gewijzigd, in het bijzonder artikel 40 §3.
De opbrengst van deze retributie is voorzien in het meerjarenplan 2020-2025 onder de jaarbudgetrekening GBB/0020-00/7369999.
Artikel 1.- Algemeen
Er wordt aan de eigenaar van elke nutsvoorziening een retributie aangerekend op de gemeentelijke dienstverlening en het gebruik van het gemeentelijk openbaar domein naar aanleiding van werken aan permanente nutsvoorzieningen op het gemeentelijk openbaar domein, in uitvoering en met toepassing van de Code voor Infrastructuur- en Nutswerken langs gemeentewegen.
Permanente nutsvoorzieningen omvatten:
- alle installaties (zoals kabels, leidingen, buizen, …), inclusief hun aanhorigheden (zoals kabel-, verdeel-, aansluit-, e.a. kasten, palen, masten, toezichts-, verbindings-, e.a. putten, …) dienstig voor het transport van elektriciteit, gas, gasachtige producten, stoom, drink-, hemel- en afvalwater, warm water, brandstof;
- alle trein- en tramsporen die zich bevinden op de openbare weg. Deze worden eveneens aanzien als nutsvoorzieningen.
De retributie is niet verschuldigd indien de werken worden uitgevoerd samen met of onmiddellijk voorafgaand aan wegen- of rioleringswerken uitgevoerd door de gemeente of indien het werken zijn die uitgevoerd worden op verzoek van de gemeente.
Deze retributie sluit elke andere heffing, semi-heffing, of waarborgstelling in het kader van werken aan permanente nutsvoorzieningen door de gemeente uit zowel in hoofde van de distributienetbeheerder als van haar werkmaatschappij en ongeacht of voorgenoemden deze werken uitvoeren in eigen naam, dan wel laten uitvoeren door derden in naam en voor rekening van de distributienetbeheerder of de werkmaatschappij.
Onderhavig retributiereglement gaat in vanaf 1 januari 2023 voor een termijn eindigend op 31 december 2025.
Artikel 2. - Retributie naar aanleiding van sleufwerken
De retributie naar aanleiding van sleufwerken is verschuldigd per dag en per meter openliggende sleuflengte voor alle sleufwerken. Zij bedraagt per meter sleuflengte voor werken in rijwegen 10,24 euro, voor werken in voetpaden 7,88 euro en voor werken in aardewegen 4,73 euro.
Op deze basisbedragen wordt een indexatie toegepast, naar analogie met de door de VREG goedgekeurde niet-periodieke tarieven, zoals jaarlijks gepubliceerd in augustus.
Indexatie gebeurt aan het begin van een nieuwe cyclus van 3 jaar.
Een begonnen dag geldt voor een volledige dag.
Artikel 3.- Retributie voor dringende werken, aansluitingswerken, herstellingen, kleine onderhoudswerken en ter compensatie van diverse heffingen en belastingen
Voor de hinder veroorzaakt door de dringende werken, aansluitingswerken, herstellingen en kleine onderhoudswerken met een sleufoppervlakte van maximum 3 m², wordt per kalenderjaar een retributie geheven van 1,00 euro per op het grondgebied van de gemeente aanwezig aansluitingspunt.
Ter compensatie van diverse heffingen en belastingen in hoofde van zowel de distributienetbeheerder als zijn werkmaatschappij wordt een retributie voorzien van 0,5 euro per aanwezig aansluitingspunt op het grondgebied van de gemeente.
Op deze basisbedragen wordt een indexatie toegepast., naar analogie met de door de VREG goedgekeurde niet-periodieke tarieven, zoals jaarlijks gepubliceerd in augustus.
Deze retributies zijn verschuldigd vóór het einde van ieder jaar. In dit kader doet iedere nutsmaatschappij vóór 15 december van ieder jaar opgave van het aantal aansluitingspunten op het grondgebied van de gemeente.
Artikel 4.- Inning
De retributie dient te worden betaald binnen de 30 kalenderdagen na toezending van de facturen.
Artikel 5.- Definitief karakter
Dit retributiereglement wordt toegezonden aan de toezichthoudende overheid.
Het retributiereglement wordt overeenkomstig artikel 286 van het Decreet Lokaal Bestuur afgekondigd en bekendgemaakt.
Het decreet over het lokaal bestuur heeft de huidige lijsten bij het budget (nominatieve subsidies, delegatie overheidsopdrachten,...) losgekoppeld van de beleidsrapporten: de uiteindelijke bevoegdheid blijft bij de raad, maar die zal hierover niet langer via het meerjarenplan beslissen (aangezien dit niet meer in de verplichte schema's van het beleidsrapport is opgenomen).
Artikel 41 van het decreet lokaal bestuur bepaalt het volgende:
de volgende bevoegdheden kunnen niet aan het college van burgemeester en schepenen worden toevertrouwd:
23° het vaststellen van subsidiereglementen en het toekennen van nominatieve subsidies.
Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, zoals nadien gewijzigd, in het bijzonder artikel 41, 23° op grond waarvan de gemeenteraad bevoegd is voor het vaststellen van subsidiereglementen en het toekennen van nominatieve subsidies.
Nader vermelde bedragen worden voorgesteld in verhouding van billijkheid in functie van de werking van de verkrijger, de activiteiten, de uitstraling alsmede wettelijke verplichtingen.
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd om onderstaande lijst van nominatief toegekende subsidies 2023 goed te keuren:
| Begunstigde |
IR |
Omschrijving |
Bedrag |
Jaarbudgetrekening |
| Bedrijfsgilde Gooik |
2732 |
Toelage aan Bedrijfsgilde Gooik |
€ 108,00 |
0530-00/6493000 |
| Gooikse landbouwraad |
2733 |
Jaarlijkse toelage landbouwraad |
€ 620,00 |
0530-00/6493000 |
| Oudercomité Kester |
2797 |
Toelage aan oudercomités |
€ 1.075,00
|
0800-99/6493000 |
| Oudercomité Gooik |
2796 |
Toelage aan oudercomités |
€ 1.075,00
|
0800-99/6493000 |
| Oudercomité Strijland |
2805 |
Toelage aan oudercomités |
€ 1.075,00
|
0800-99/6493000 |
| Oudercomité Oetingen |
2806 |
Toelage aan oudercomités |
€ 1.075,00
|
0800-99/6493000 |
| Oudercomité Leerbeek |
2799 |
Toelage aan oudercomités |
€ 1.075,00
|
0800-99/6493000 |
| Gooikse jeugdraad |
2808 |
Jaarlijkse toelage jeugdraad |
€ 620,00 |
0750-00/6493000 |
| Heemkundige Kring |
2303 |
Jaarlijkse toelage |
€ 3.343,00 |
0739-00/6493000 |
| Samana Oetingen |
2812 |
Jaarlijkse toelage |
€ 323,00 |
0985-00/6493000 |
| Samana O.L.V. Bijstand |
2814 |
Jaarlijkse toelage |
€ 323,00 |
0985-00/6493000 |
| Samana Sint-Niklaas |
2757 |
Jaarlijkse toelage |
€ 323,00 |
0985-00/6493000 |
| Samana Kester |
2788 |
Jaarlijkse toelage |
€ 323,00 |
0985-00/6493000 |
| Samana Leerbeek |
2762 |
Jaarlijkse toelage |
€ 323,00 |
0985-00/6493000 |
| Gezinsbond Gooik-centrum |
2792 |
Jaarlijkse toelage |
€ 269,00 |
0949-41/6493000 |
| Gezinsbond Strijland |
2798 |
Jaarlijkse toelage |
€ 269,00 |
0949-41/6493000 |
| Gooikse seniorenraad |
2819 |
Jaarlijkse toelage aan de Gooikse seniorenraad |
€ 620,00 |
0949-46/6493000 |
| Beweging.net |
9388 |
Jaarlijkse toelage |
€ 269,00 |
0949-41/6493000 |
| GOS-team |
2820 |
Jaarlijkse toelage catehesewerking |
€ 806,00 |
0739-00/6493000 |
| Gooikse cultuurraad |
2821 |
Jaarlijkse toelage aan de Gooikse cultuurraad |
€ 620,00 |
0739-00/6493000 |
| Kunstatelier Rozenbroek |
2829 |
Jaarlijkse toelage |
€ 538,00 |
0739-00/6493000 |
| Actigo |
2918 |
Jaarlijkse toelage |
€ 750,00 |
0739-00/6493000 |
| Zin in Kunst |
2838 |
Jaarlijkse toelage |
€ 1.612,00 |
0739-00/6493000 |
| Cultuurregio Pajottenl. & Zennevallei |
2547 |
Bijdrage aan cultuurregio Pajottenland & Zennevallei |
€ 9.300,00 |
0739-00/6493000 |
| Natuurfotografen Pajottenland |
2840 |
Jaarlijkse toelage |
€ 215,00 |
0739-00/6493000 |
| Gooikse sportraad |
2841 |
Jaarlijkse toelage aan de Gooikse sportraad |
€ 620,00 |
0740-00/6493000 |
| Kom Op Tegen Kanker |
2843 |
Jaarlijkse toelage |
€ 1.075,00 |
0985-00/6493000 |
| Fonds GavoorGeluk |
10900 |
Jaarlijkse toelage |
€ 108 |
0985-00/6493000 |
| Omega vzw |
2848 |
Jaarlijkse toelage |
€ 538,00 |
0985-00/6493000 |
| K.V. Gehandicapten |
2852 |
Jaarlijkse toelage |
€ 666,00 |
0985-00/6493000 |
| Home Zonnelied |
2853 |
Jaarlijkse toelage |
€ 215,00 |
0985-00/6493000 |
| Beschutte Werkplaats Pajottenland |
2854 |
Jaarlijkse toelage |
€ 430,00 |
0985-00/6493000 |
| Huize De Poel |
2855 |
Jaarlijkse toelage |
€ 108,00 |
0985-00/6493000 |
| MPI Sint-Lodewijk |
2859 |
Jaarlijkse toelage |
€ 538,00 |
0985-00/6493000 |
| Huis Michielsheem |
2877 |
Jaarlijkse toelage |
€ 215,00 |
0985-00/6493000 |
| Rode Kruis Gooik |
2861 |
Jaarlijkse toelage |
€ 376,00 |
0985-00/6493000 |
| De Pajotse Oldtimervrienden |
2921 |
Jaarlijkse toelage |
€ 108,00 |
0739-00/6493000 |
| Oud-scouts Gooik |
2939 |
Jaarlijkse toelage |
€ 108,00 |
0739-00/6493000 |
| Gezondheidsraad |
10253 |
Jaarlijkse toelage |
€ 620,00 |
0985-00/6493000 |
| Vzw Natuurpunt |
2867 |
Jaarlijkse toelage |
€ 269,00 |
0380-00/6493000 |
| Gooikse milieuraad |
2868 |
Jaarlijkse toelage |
€ 620,00 |
0380-00/6493000 |
| Velt |
2871 |
Jaarlijkse toelage |
€ 269,00 |
0380-00/6493000 |
| Gooik Mondiaal |
3854 |
Jaarlijkse toelage |
€ 620,00 |
0160-00/6493000 |
| Integratieraad |
10196 |
Jaarlijkse toelage |
€ 620,00 |
0719-00/6493000 |
| Dierenwelzijnsraad |
9169 |
Jaarlijkse toelage |
€ 0 |
0390-00/6493000 |
| Jaarmarktcomité |
2870 |
Jaarlijkse toelage |
€ 5.855,00 |
0719-00/6493000 |
| Kerkfabriek Sint-Niklaas |
2612 |
Werkingstoelage |
€ 14.852,62 |
0790-00/6494000 |
| Kerkfabriek O.L.V. Bijstand |
2110 |
Werkingstoelage |
€ 38.735,69 |
0790-00/6494000 |
| Kerkfabriek O.L.V. Bijstand |
2110 |
Investeringstoelage |
€ 20.000,00 |
0790-00/6640000 |
| Kerkfabriek Sint-Ursmarus |
2613 |
Werkingstoelage |
€ 7.348,83 |
0790-00/6494000 |
| Kerkfabriek Sint-Ursmarus |
2613 |
Investeringstoelage |
€ 30.900,63 |
0790-00/6640000 |
| Kerkfabriek Sint-Martinus |
2611 |
Werkingstoelage |
€ 9.520,36 |
0790-00/6640000 |
| Politiezone Pajottenland |
2019 |
Werkingstoelage aan politiezone Pajottenland |
€ 1.261.199,00 |
0400-00/6494000 |
| Brandweerzone Vlaams-Brabant West |
3802 |
Exploitatietoelage aan brandweerzone |
€ 508.038,15 |
0410-00/6494000 |
| Brandweerzone Vlaams-Brabant West |
3802 |
Investeringstoelage aan brandweerzone |
€ 57.842,19 |
0410-00/6640000 |
Raadslid Jason Broodcoorens meldt namens de N-VA-fractie dat zijn van oordeel zijn dat politiek getinte organisaties geen subsidies kunnen krijgen.
Artikel 1.- De in de considerans vermelde lijst van nominatieve subsidies 2023 wordt goedgekeurd.
Artikel 4.- Dit besluit wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 285 van het Decreet Lokaal Bestuur.
Bij besluit van de politieraad dd. 24 juni 2019 werd de verdeelsleutel en het vastleggen van de stijgingspercentage gemeentelijke dotaties goedgekeurd.
Door de politieraad van 12 december 2023 werd de begroting 2023 van de politiezone Pajottenland goedgekeurd.
De financiële bijdrage voor het dienstjaar 2023 van de gemeente Gooik aan de PZ Pajottenland bedraagt 1.261.199 euro.
De wet van 7 december 1998 tot de organisatie van een geïntegreerde politiedienst inzonderheid de artikels 40 en 71.
Het Decreet Lokaal Bestuur.
Begroting 2023, goedgekeurd door de politieraad op 12 december 2022.
Raadslid Jason Broodcoorens meldt namens de N-VA-fractie dat zij de goedkeuring van de gemeentelijke dotatie niet mee kunnen goedkeuren gezien de fractie de begroting op het politiecollege eveneens niet heeft goedgekeurd wegens voorgestelde besparingen en ernstige personeelstekorten bij de politiezone.
Artikel 1.- De gemeenteraad stelt de financiële bijdrage voor het dienstjaar 2023 van de gemeente Gooik aan de PZ Pajottenland vast op 1.261.199 euro.
Artikel 2.- Afschrift van onderhavig besluit over te maken aan de financieel directeur.
Bij gemeenteraadsbesluit van 6 september 1977 werd besloten om met ingang van 1 januari 1977 een premie toe te kennen van 20% van het gespaarde kapitaal, met een maximum van 1.000 Bfr. aan de spaarder voor voorhuwelijkssparen, mits inachtname van de volgende voorwaarden:
- de aanvrager moet ten minste één jaar de gemeente bewonen voor het huwelijk
- aangesloten zijn bij een erkende kas voor voorhuwelijkssparen
Bij gemeenteraadsbesluit van 27 november 2001 werd in het kader van de overgang van de nationale munt naar de euro het bedrag van de premie met ingang van 1 januari 2022 vastgesteld op 25 euro.
Het bestuur stelt voor om deze premie met ingang van 1 januari 2023 af te schaffen gezien het zeer geringe aantal aanvragen de laatste 6 jaar meer bepaald 1 aanvraag in 2015, 2 aanvragen in 2016, 1 aanvraag in 2017, 1 aanvraag in 2020, geen aanvraag in 2021 en 1 aanvraag in 2022.
Raadslid Philippe De Cock meldt namens de N-VA-fractie dat zij hiermee akkoord kunnen gaan en wensen graag een overzicht van alle premies die minder dan 10 keer per jaar worden toegekend.
Enig artikel.- Het gemeenteraadsbesluit dd. 6 september 1977 houdende de toekenning van een premie aan de spaarder voor voorhuwelijkssparen met ingang van 1 januari 2023 op te heffen.
Bij gemeenteraadsbeslissing van 29 mei 2018 werd, ingeval van afwezigheid of verhindering van de financieel directeur, in eerste instantie mevrouw Leen Walravens, deskundige financiële dienst, en in tweede instantie de heer Rudi Vandendoorent, administratief medewerker van de financiële dienst, aangesteld als zijn vervanger.
Aangezien de heer Rudi Vandendoorent vanaf 1 januari 2023 niet langer bij ons bestuur werkzaam zal zijn wegens pensionering is het aangewezen om deze beslissing te hernemen en aan te passen.
Na overleg in het MAT wordt voorgesteld om mevrouw Leen Walravens, deskundige financiële dienst, aan te stellen als plaatsvervanger en de heer Gert Bruyland, deskundige aankoop en contractbeheer indien mevrouw Leen Walravens niet beschikbaar is.
Het decreet over het lokaal bestuur dd. 22 december 2017, zoals nadien gewijzigd, in het bijzonder artikel 587.
Artikel 1.- Met ingang van heden wordt bij afwezigheid of verhindering van de financieel directeur de functie, in volgende volgorde, waargenomen door:
Artikel 2.- Deze beslissing vervangt het gemeenteraadsbesluit dd. 29 mei 2018 houdende de goedkeuring van de vervangingsregeling van de functie van financieel directeur.
De raad van bestuur van het AGB Gooik heeft in de zitting van 4 december 2019 het meerjarenplan 2020-2025 vastgesteld. De gemeenteraad verleende haar goedkeuring in zitting van 17 december 2019.
Artikel 257 van decreet over het lokaal bestuur legt op dat het meerjarenplan minstens één keer per jaar moet worden aangepast, waarbij in elk geval de kredieten voor het volgende boekjaar worden vastgesteld. Als dat nodig is kunnen daarbij ook de kredieten voor het lopende boekjaar worden aangepast. Daarnaast kan het meerjarenplan, als dat nodig is, ook worden aangepast om alleen de kredieten voor het lopende boekjaar aan te passen.
De meerjarenplanaanpassing nr. 1 2020-2025 werd door de raad van bestuur vastgesteld in zitting van 2 september 2020 en door de gemeenteraad goedgekeurd in zitting van 29 september 2020.
De meerjarenplanaanpassing nr. 2 2020-2025 werd door de raad van bestuur vastgesteld in zitting van 2 december 2020 en door de gemeenteraad goedgekeurd in zitting van 22 december 2020.
De meerjarenplanaanpassing nr. 3 2020-2025 werd door de raad van bestuur vastgesteld in zitting van 1 december 2021 en door de gemeenteraad goedgekeurd in zitting van 21 december 2021.
De meerjarenplanaanpassing nr. 4 2020-2025 werd door de raad van bestuur vastgesteld in zitting van 7 september 2022 en door de gemeenteraad goedgekeurd in zitting van 27 september 2022.
Voorliggende meerjarenplanaanpassing nr. 5 2020-2025 van het AGB Gooik, vastgesteld door haar raad van bestuur in zitting van 7 december 2022, heeft tot doel om de kredieten van 2023 vast te stellen.
De gecoördineerde statuten van het AGB Gooik.
Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, in het bijzonder de artikelen 241, 250 en 257 e.v., zoals nadien gewijzigd.
Het besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen (BVR BBC), zoals nadien gewijzigd.
Het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen (MB BBC), zoals nadien gewijzigd.
De omzendbrief KBBJ/ABB 2020/3 van 18 september 2020 over de aanpassing van de meerjarenplannen 2020-2025 van de lokale en provinciale besturen volgens de beleids- en beheerscyclus.
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd om de bijgevoegde meerjarenplanaanpassing nr. 5 2020-2025 van het AGB goed te keuren.
Artikel 1.- De gemeenteraad keurt de bijgevoegde meerjarenplanaanpassing nr. 5 2020-2025 van het AGB Gooik goed. Dit bestaat uit een aangepaste financiële nota, een toelichting en de eventuele wijzigingen van de strategische nota. Deze stukken maken integraal deel uit van huidig besluit.
Artikel 2.- De gegevens over dit beleidsrapport worden in digitale vorm aan de Vlaamse Regering bezorgd (cfr. o.a. art. 250 van het decreet over het lokaal bestuur).
Om economisch leefbaar te zijn en om sociaal aanvaardbare tarieven te kunnen behouden is het nodig dat het Autonoom Gemeentebedrijf Gooik vanwege de gemeente Gooik prijssubsidies ontvangt als vergoeding voor de toegangsgelden voor de sportinfrastructuur te Gooik.
De gecoördineerde statuten AGB gemeente Gooik.
De beheersovereenkomst gesloten tussen de gemeente en het AGB.
Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, in het bijzonder artikel 231 e.v.
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd om het prijssubsidiereglement 2023 goed te keuren.
Artikel 1.- De gemeenteraad keurt het prijssubsidiereglement 2023, vermeld in artikel 2 van huidige beslissing, goed.
Artikel 2.- Prijssubsidiereglement AGB Gooik - vanaf 1 januari 2023
Het Autonoom Gemeentebedrijf Gooik heeft haar inkomsten en uitgaven geraamd voor het kalenderjaar 2023, daarbij eveneens rekening houdende met de aflossingen van de lopende leningen aan de gemeente Gooik.
Om economisch rendabel te zijn wenst het Autonoom Gemeentebedrijf Gooik vanaf 1 januari 2023 de voorziene toegangsprijzen (inclusief 6 % BTW) voor de toegangsgelden voor de sportinfrastructuur te Gooik te vermenigvuldigen met een factor 5,72.
Rekening houdend met de sportieve en sociale functie van de vrijetijdsinfrastructuur is het wenselijk dat er tijdens het kalenderjaar 2023 geen prijsverhogingen doorgevoerd worden ten aanzien van de gebruikers van de vrijetijdsinfrastructuur, zodat deze toegankelijk is voor iedereen. Aldus is het wenselijk dat de gemeente zich ertoe verbindt om voor de periode vanaf 1 januari 2023 tot en met 31 december 2023 deze beperkte toegangsgelden te subsidiëren middels de toekenning van prijssubsidies.
De waarde van de prijssubsidie toegekend door de gemeente Gooik voor de toegangsgelden voor de sportinfrastructuur te Gooik zal aldus de prijs (inclusief 6% BTW) die de bezoeker voor recht op toegang betaalt vermenigvuldigd met een factor 4,72 bedragen.
De gesubsidieerde toegangsgelden (inclusief 6% BTW) kunnen steeds geherevalueerd worden in het kader van een periodieke evaluatie van de totale exploitatieresultaten van het Autonoom Gemeentebedrijf Gooik. In de mate er een prijssubsidieaanpassing noodzakelijk is zal het Autonoom Gemeentebedrijf Gooik deze steeds documenteren.
Het Autonoom Gemeentebedrijf Gooik zal op de vijfde werkdag van elk kwartaal de gemeente Gooik een overzicht bezorgen van het aantal gebruikers waaraan recht op toegang is verleend tijdens het voorbije kwartaal tot de vrijetijdsinfrastructuur. Dit overzicht zal tevens het bedrag aan te betalen prijssubsidies bevatten. De afrekening van deze prijssubsidies zal gebeuren middels de uitreiking van een debetnota die het Autonoom Gemeentebedrijf Gooik zou uitreiken aan de gemeente Gooik. De gemeente Gooik zal deze debetnota moeten betalen aan het Autonoom Gemeentebedrijf Gooik binnen de 5 werkdagen na ontvangst.
Een nieuw prijssubsidiereglement geldig vanaf 2024 zal worden onderhandeld tussen de gemeente Gooik en het Autonoom Gemeentebedrijf Gooik vóór 30 januari 2024.
De financiële toestand van de gemeente vergt de invoering van alle rendabele belastingen. Voor een gezonde financiële situatie is het noodzakelijk om de gemeentelijke opcentiemen op de onroerende voorheffing voor het aanslagjaar 2023 vast te stellen op 895 opcentiemen, net zoals voor het vorige aanslagjaar.
De grondwet, in het bijzonder artikel 170 § 4.
Het Wetboek van Inkomstenbelastingen 1992, in het bijzonder artikel 464/1, 1°.
Het decreet van 13 december 2013 houdende de Vlaamse Codex Fiscaliteit, zoals later gewijzigd, in het bijzonder de artikelen 2.1.4.0.2 en 3.1.0.0.4.
Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, zoals later gewijzigd.
De omzendbrief KB/ABB 2019/2 van 15 februari 2019 betreffende de gecoördineerde onderrichtingen over de gemeentefiscaliteit.
Het model van belastingreglement ter beschikking gesteld door het Agentschap Binnenlands Bestuur op haar website.
De opbrengst van deze belasting is voorzien in het meerjarenplan 2020-2025 onder jaarbudgetrekening 0020-00/7300000.
Artikel 1.- Voor het aanslagjaar 2023 wordt ten bate van de gemeente Gooik 895 opcentiemen geheven op de onroerende voorheffing.
Artikel 2.- De vestiging en de inning van de gemeentebelasting gebeuren door toedoen van de Vlaamse Belastingdienst.
Artikel 3.- Dit reglement wordt, bij toepassing van artikel 285 e.v. van het Decreet Lokaal Bestuur, bekendgemaakt op de gemeentelijke website, met vermelding van zowel de datum waarop het werd aangenomen als de datum waarop het op de gemeentelijke website bekendgemaakt wordt.
De financiële toestand van de gemeente vergt de invoering van alle rendabele belastingen. Voor een gezonde financiële situatie is het noodzakelijk om het percentage van de aanvullende gemeentebelasting op de personenbelasting voor het aanslagjaar 2023 op hetzelfde niveau te houden als deze voor het vorige aanslagjaar, namelijk 7,3 % van de overeenkomstig artikel 466 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 berekende grondslag voor hetzelfde aanslagjaar.
De grondwet, in het bijzonder artikel 170 § 4.
Het Wetboek van Inkomstenbelastingen 1992, in het bijzonder de artikelen 464 tot en met 470/2.
Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, zoals later gewijzigd.
De omzendbrief KB/ABB 2019/2 van 15 februari 2019 betreffende de gecoördineerde onderrichtingen over de gemeentefiscaliteit.
Het model van belastingreglement ter beschikking gesteld door het Agentschap Binnenlands Bestuur op haar website.
De opbrengst van deze belasting is voorzien in het meerjarenplan 2020-2025 onder jaarbudgetrekening 0020-00/7301000.
Artikel 1.- Voor het aanslagjaar 2023 wordt een aanvullende belasting gevestigd ten laste van de rijksinwoners die belastbaar zijn in de gemeente Gooik op 1 januari van het aanslagjaar.
Artikel 2.- De belasting wordt vastgesteld op 7,3 % van de overeenkomstig artikel 466 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 berekende grondslag voor hetzelfde aanslagjaar. Deze belasting wordt gevestigd op basis van het inkomen dat de belastingplichtige heeft verworven in het aan het aanslagjaar voorafgaande jaar.
Artikel 3.- De vestiging en de inning van de gemeentelijke belasting zullen door het toedoen van het bestuur der directe belastingen geschieden, zoals bepaald in artikel 469 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen.
Artikel 4.- Dit reglement wordt, bij toepassing van artikel 285 e.v. van het Decreet Lokaal Bestuur, bekendgemaakt op de gemeentelijke website, met vermelding van zowel de datum waarop het werd aangenomen als de datum waarop het op de gemeentelijke website bekendgemaakt wordt.
In zitting van 25 februari 2020 heeft de gemeenteraad het belastingreglement masten en pylonen 2020-2025 goedgekeurd. Huidige beslissing vormt een aanpassing van het reglement zoals goedgekeurd door de gemeenteraadsbeslissing van 25 februari 2020 en voor de motivering van deze belasting wordt dan ook naar deze beslissing verwezen.
Onder artikel 4 van het reglement zijn een aantal vrijstellingen opgenomen. Het bestuur wenst masten en pylonen voor louter recreatief gebruik vrij te stellen gezien het niet-bedrijfsmatig oogmerk en karakter van de constructies waarbij hobby en amateur met betrekking tot het gebruik van de mast of pyloon centraal staan en de constructie niet voor lucratieve doeleinden is bestemd. Deze constructies voor recreatief gebruik zijn duidelijk te onderscheiden van de constructies van andere commerciële ondernemingen gezien de afwezigheid van een bedrijfsmatig aspect, waardoor de bijdragecapaciteit van eigenaren van constructies bestemd voor hobby en amateur niet vergelijkbaar is met die van andere, commerciële ondernemingen. Onder masten en pylonen die louter recreatief gebruikt worden zijn onder meer begrepen: masten en pylonen die gebruikt worden in het kader van sportbeoefening, masten en pylonen met een religieuze functie en masten en pylonen die gebruikt worden voor lokale radiozenders en amateurs zodat hiervoor niet meer in een afzonderlijke vrijstellingsgrond moet voorzien worden. Lokale radiozenders en amateurs hebben bovendien een belangrijke maatschappelijke en informatieve functie voor de plaatselijke bevolking. Het bestuur is van oordeel dat het financieel voordeel en landschapsverstorend karakter van voormelde vrijgestelde masten en pylonen voldoende wordt gecompenseerd door het maatschappelijk belang (belangrijke maatschappelijke, sociale en/of informatieve functie) zodat hiervoor vrijstelling kan worden verleend. Bovendien, zoals reeds aangehaald in de aanhef van het belastingreglement zoals goedgekeurd op 25 februari 2020, worden dergelijke constructies door de bevolking minder als storend ervaren en heerst er geen perceptie van het bestaan van een gezondheidsrisico.
Daarnaast heeft het bestuur het advies gekregen om in artikel 1 van het reglement expliciet te vermelden dat het gaat om masten en pylonen die zichtbaar zijn vanaf de openbare weg aangezien deze constructies onmiskenbaar landschapsverstorend zijn en om aan de bestaande vrijstelling voor verlichtingsmasten en pylonen nog uitdrukkelijk in fine ‘ten behoeve van de veiligheid’ toe te voegen. Door deze laatste specificering komt duidelijk naar voren dat de verlichting moet dienen ter bevordering van de veiligheid.
Alsook om aan de reeds bestaande vrijstelling voor masten en pylonen die uitsluitend gebruikt worden voor openbare hulpverlenings- en veiligheidsdiensten nog in fine toe te voegen dat ze primaire overheidstaken moeten uitoefenen.
Inzake de belastingverhoging (artikel 9 van het reglement) is het aangeraden om met een progressieve schaal te werken en het percentage bij een eerste en tweede overtreding lager te bepalen gelet op het gelijkheids- en evenredigheidsbeginsel.
Tenslotte wordt van de gelegenheid gebruik gemaakt om in artikel 7 van het reglement toe te voegen dat het aangifteformulier gedownload kan worden van de gemeentelijke website en artikel 8 van het reglement, dat betrekking heeft op de ambtshalve heffing, aan te passen naar de bewoordingen van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie en gemeentebelastingen.
Omwille van praktische overwegingen en de rechtszekerheid is het aangewezen om te bepalen dat de wijzigingen in werking treden op 1 januari 2023.
Artikel 170 § 4 van de Grondwet.
Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen, in het bijzonder artikel 40 § 3.
Het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie en gemeentebelastingen en latere wijzigingen.
Het wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen van 13 april 2019 en latere wijzigingen.
De omzendbrief van de Vlaamse regering KB/ABB 2019/2 van 15 februari 2019 betreffende de gemeentefiscaliteit.
De beslissing van de gemeenteraad van 25 februari 2020 houdende goedkeuring van het belastingreglement masten en pylonen 2020-2025.
De opbrengst van deze belasting is voorzien in het meerjarenplan 2020-2025 onder de jaarbudgetrekening GBB/0020-00/7389999/GEMEENTE/CBS/IP-GEEN.
Artikel 1.- Artikel 1 van het belastingreglement wordt als volgt aangepast:
"Voor de aanslagjaren 2020 tot en met 2025 wordt een jaarlijkse belasting geheven op masten en pylonen die zich op 15 maart van het aanslagjaar in open lucht op het grondgebied van de gemeente bevinden en zichtbaar zijn vanaf de openbare weg”.
Artikel 2.- Artikel 4 van het belastingreglement wordt als volgt aangepast:
"• masten of pylonen die uitsluitend worden gebruikt voor de productie van windenergie of andere vormen van groene stroom;
• masten of pylonen die uitsluitend dienstig zijn voor de verlichting ten behoeve van de veiligheid;
• masten of pylonen die eigendom zijn van of uitsluitend gebruikt worden door de gemeente Gooik, het OCMW Gooik of het AGB Gooik;
• masten of pylonen die uitsluitend gebruikt worden voor openbare hulpverlenings- en veiligheidsdiensten die primaire overheidstaken uitvoeren;
• masten of pylonen die uitsluitend gebruikt worden voor louter recreatief gebruik.”.
Artikel 3.- Artikel 7 van het reglement wordt als volgt aangepast:
"De belastingplichtige moet, ten laatste op 15 april van het aanslagjaar, aangifte doen van het aantal masten en pylonen op het grondgebied van de gemeente op een door het gemeentebestuur ter beschikking gesteld aangifteformulier waarvan het model door het college van burgemeester en schepenen werd vast gesteld. De aangifte bevat alle noodzakelijke inlichtingen voor het vestigen van een aanslag. Een belastingplichtige die niet spontaan een aangifteformulier heeft gekregen, kan dit op eenvoudig verzoek bekomen bij het gemeentebestuur of downloaden van de gemeentelijke website. Valt de uiterste indieningsdatum op een zaterdag, een zondag of een wettelijke feestdag, dan wordt de vervaldag verplaatst naar de eerstvolgende werkdag.
De belastingplichtige is vrijgesteld van aangifteplicht indien hij voor het vorig aanslagjaar werd aangeslagen en indien de belastbare toestand ongewijzigd is gebleven.
De belastingplichtige is gehouden elke wijziging op eigen initiatief aan het gemeentebestuur bekend te maken binnen de maand na de wijziging.".
Artikel 4.- Artikel 8 van het reglement wordt als volgt aangepast:
"Bij gebrek aan aangifte op de in artikel 7 vooropgestelde datum, of in geval van onjuiste, onvolledige of onnauwkeurige aangifte vanwege de belastingplichtige, kan de belasting ambtshalve ingekohierd worden conform de procedure voorzien in artikel 7 van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie en gemeentebelastingen en latere wijzigingen.".
Artikel 5.- Artikel 9 van het reglement wordt als volgt aangepast:
"Op de ambtshalve ingekohierde belasting zal een belastingverhoging worden toegepast van 10 % van de verschuldigde belasting bij een eerste overtreding. Bij volgende overtredingen zal een verhoging van 20 %, 50 % of 100 % worden toegepast bij respectievelijk een tweede, derde en vierde overtreding. Vanaf de vijfde overtreding zal de belastingverhoging 200 % bedragen.
Voor de vaststelling van het toe te passen percentage van de belastingverhoging worden de vorige overtredingen niet in aanmerking genomen wanneer geen overtredingen werden vastgesteld voor de laatste twee opeenvolgende aanslagjaren die het aanslagjaar voorafgaan waarin de nieuwe overtreding wordt vastgesteld. Een correcte aangifte gedurende twee opeenvolgende jaren herstelt aldus de goede trouw in hoofde van de belastingplichtige.
Het bedrag van deze verhoging wordt gelijktijdig en samen met de ambtshalve belasting ingekohierd."
Artikel 6.- De gemeenteraad keurt bijgevoegde gecoördineerde versie van het reglement goed.
Artikel 7.- De wijziging treedt in werking met ingang vanaf 1 januari 2023.
Artikel 8.- Deze beslissing wordt, bij toepassing van artikel 285 e.v. van het Decreet Lokaal Bestuur, bekendgemaakt op de gemeentelijke website, met vermelding van zowel de datum waarop het werd aangenomen als de datum waarop het op de gemeentelijke website bekendgemaakt wordt.
Het belastingreglement tussenkomsten van de politiezone Pajottenland, zoals goedgekeurd door de gemeenteraad op 29 oktober 2019, neemt een einde op 31 december 2022.
Het is aangewezen om dit reglement te hernieuwen. Er wordt aan alle gemeentebesturen van de politiezone Pajottenland gevraagd om voorliggend reglement goed te keuren.
Belastingen vormen een belangrijke bron van inkomsten voor steden en gemeenten, waardoor deze één van de pijlers vormen van de gemeentelijke autonomie. Het is noodzakelijk om o.a. via deze belasting de nodige ontvangsten te realiseren voor de financiering van de uitgaven van de gemeente.
De politiediensten moeten frequent interveniëren in aangelegenheden die eerder het particulier dan het algemeen belang dienen. Deze tussenkomsten ingevolge overlast zorgen dan ook voor heel wat bijkomende kosten.
De noodzaak bestaat om de gemaakte kosten van het vervoer van bestuurlijk aangehouden personen, dronken personen of van personen die gedragingen stelden die de levenskwaliteit van de inwoners kunnen beperken op een manier die de normale druk van het sociale leven overschrijdt, waardoor de normale last die het leven in de samenleving onvermijdelijk met zich meebrengt, wordt overschreden, te laten vergoeden. Tevens bestaat de noodzaak om de gemaakte kosten bij het vervoer van overlast berokkenende minderjarigen te laten vergoeden, gezien de frequentie van de tussenkomsten. Dat tot slot tevens overlast veroorzaakt wordt met verhoogde werkdruk tot gevolg door het nodeloos alarmeren van de politie door middel van inbraakalarminstallaties en door loslopende dieren.
Dergelijk vervoer of tussenkomsten verzwaren de werklast van het politiepersoneel aanzienlijk waardoor andere taken in het gedrang kunnen komen, o.a. aanwezigheid in de straat niettegenstaande deze aanwezigheid van groot belang is om het veiligheidsgevoel van de burger te ondersteunen.
Het is dan ook billijk om sommige kosten die gemaakt worden ingeval van tussenkomst van de lokale politie terug te vorderen.
Aangezien de politiezone niet gemachtigd is zelf belastingen vast te stellen moet de belasting vastgesteld worden door de gemeenteraden en verloopt de inning ook via de gemeentelijke administratie.
Wordt begrepen onder overlast: gedragingen die de levenskwaliteit van de inwoners kunnen beperken op een manier die de normale druk van het sociale leven overschrijdt, waardoor de normale last die het leven in de samenleving onvermijdelijk met zich meebrengt, wordt overschreden.
Het Politiecollege verzoekt om deze belasting enkel in te voeren bij herhaling.
Een vast bedrag beklemtoont beter de bedoeling van een belasting dan wanneer met gedifferentieerde tarieven wordt gewerkt.
De Grondwet, in het bijzonder artikel 41, artikel 162 en artikel 170 §4.
Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 zoals nadien gewijzigd, in het bijzonder de artikelen 40 en 41.
Het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen, zoals nadien gewijzigd.
De omzendbrief KB/ABB 2019/2 betreffende de gemeentefiscaliteit van 15 februari 2019.
De opbrengst van deze belasting is voorzien in het meerjarenplan 2020-2025 onder de jaarbudgetrekening GBB/0020-00/7389999/GEMEENTE/CBS/IP-GEEN.
Artikel 1.- Er wordt met ingang van 1 januari 2023 en eindigend op 31 december 2024 een contante belasting gevestigd op de volgende tussenkomsten van de lokale politie:
| - Het nodeloos alarmeren van de politie door middel van inbraakalarminstallaties (zoals bepaald in het KB dd. 28/05/91). De belastingplichtige is de eigenaar van het onroerend goed waarop de inbraakalarminstallatie is geplaatst. Indien de eigenaar het onroerend goed niet zelf bewoont of het niet zelf exploiteert, is de bewoner of de exploitant de belastingplichtige. |
150 € |
| - Het vervoer van dronken personen of personen die zich in een soortgelijke toestand bevinden ten gevolge van het gebruik van verdovende of hallucinatie verwekkende middelen en personen die door hun gedrag overlast veroorzaken, naar huis, naar een verpleeginstelling of naar een politiekantoor. De belastingplichtige is de vervoerde persoon, in voorkomend geval de voor hem burgerlijk verantwoordelijke persoon. |
150 € |
| - Het vervoer van bestuurlijk aangehouden personen naar het politiekantoor of naar een andere eindbestemming die naargelang het geval meer aangewezen zou kunnen zijn (thuis, verpleeginstelling, bij de meerderjarige die het ouderlijke gezag of feitelijk toezicht uitoefent) en personen die door hun gedrag overlast veroorzaken. De belastingplichtige is de vervoerde persoon, in voorkomend geval de voor hem burgerlijk verantwoordelijke persoon. |
150 € |
| - Ophalen ronddolende dieren op de openbare weg of domein. De belastingplichtige is de eigenaar van het dier. |
150 € |
| - Het vervoer van overlast berokkenende minderjarigen die door hun gedrag gezocht/opgehaald en/of teruggebracht dienen te worden naar hun verblijfplaats. De belastingplichtige is de vervoerde persoon, in voorkomend geval de voor hem burgerlijk verantwoordelijke persoon die het ouderlijk gezag of het feitelijk toezicht uitoefent. |
150 € |
Vrijgesteld van deze belasting is het vervoer van personen met een politievoertuig in het kader van een gerechtelijke aanhouding in de zin van de wet van 20 juli 1990 betreffende de voorlopige hechtenis.
Artikel 2.- De belasting zal verschuldigd zijn vanaf de tweede tussenkomst binnen de twaalf maanden voor gelijkaardige feiten.
Artikel 3.- De belasting wordt contant aan de politie betaald op het ogenblik van de tussenkomst en tegen afgifte van een betalingsbewijs. Bij gebreke van contante betaling, wordt de belasting van ambtswege via de gemeente ingekohierd en wordt een kohierbelasting geheven.
Artikel 4.- De belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger kan een bezwaar indienen tegen deze belasting bij het college van burgemeester en schepenen overeenkomstig artikel 9 van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen en haar latere wijzigingen. Bezwaarschriften kunnen per e-mail worden ingediend via belastingen@gooik.be.
Artikel 5.- Afschrift van dit besluit wordt aan de toezichthoudende overheid, de korpschef van de lokale politie, de voorzitter van het Politiecollege en de financieel directeur toegezonden.
Dit belastingreglement wordt, bij toepassing van artikel 285 e.v. Decreet Lokaal Bestuur bekendgemaakt op de gemeentelijke website, met vermelding van zowel de datum waarop het werd aangenomen als de datum waarop het op de gemeentelijke website bekendgemaakt wordt.
In zitting van 24 november 2020 werd door de gemeenteraad het huidige retributiereglement houdende de tarieven van de aangeboden fracties op het milieupark goedgekeurd. Op 23 februari 2021 werd het reglement een eerste keer aangepast: matrassen werden toegevoegd aan categorie 1 omwille van de selectieve inzamelingsplicht in hoofde van de lokale besturen.
Omwille van de gestegen ophaal- en verwerkingskosten is het noodzakelijk om het reglement een tweede maal aan te passen, ditmaal wat betreft de gehanteerde tarieven:
Van de gelegenheid wordt gebruik gemaakt om te verduidelijken dat het gaat om plastic verpakkingen in categorie 1, in dezelfde categorie plasticfolies te schrappen omdat deze bij de uitgebreide PMD-fractie horen, landbouwfolie toe te voegen aan categorie 4 en in artikel 4 van het reglement toe te voegen dat de aangebrachte asbestplaten in doorzichtige plasticfolie aangeleverd moeten worden.
Omwille van praktische overwegingen is het aangewezen om de wijziging in werking te laten treden op 1 januari 2023.
De grondwet, in het bijzonder artikel 173.
Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 en haar latere wijzigingen, in het bijzonder artikel 40 § 3.
Het wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen van 13 april 2019, zoals later gewijzigd.
Het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid (DABM), zoals later gewijzigd.
Het decreet van 23 december 2011 betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen (‘Materialendecreet’), zoals later gewijzigd.
Het besluit van de Vlaamse Regering van 17 februari 2012 tot vaststelling van het Vlaams reglement betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen (VLAREMA).
Het uitvoeringsplan voor het huishoudelijk afval en gelijkaardig bedrijfsafval goedgekeurd op 16 september 2016 door de Vlaamse regering.
Het retributiereglement houdende de tarieven voor de aangeboden afvalfracties op het milieupark, goedgekeurd door de gemeenteraad op 24 november 2020.
De eerste wijziging van voormeld reglement, goedgekeurd door de gemeenteraad op 23 februari 2021.
De opbrengst van deze retributie is voorzien in het meerjarenplan 2020-2025 onder de jaarbudgetrekening GBB/0309-01/7040999/GEMEENTE/CBS/IP-GEEN.
Schepen Herman Anthoons licht het agendapunt toe.
Door raadslid Jason Broodcoorens wordt gemeld dat zij de prijsverhoging logisch vinden. Hij vraagt hoe het staat met het gebruik van de sluikstortcamera's. De burgemeester antwoordt dat de camera's worden opgehangen, regelmatig worden verplaatst en opgeladen. Er werden een aantal vaststellingen doorgegeven aan de politie maar er werd nooit afdoende bewijs gevonden van de verantwoordelijken van het sluikstort.
Artikel 1.- Artikel 2 van het retributiereglement houdende tarieven voor de aangeboden fracties op het milieupark wordt gewijzigd als volgt:
"Enkel huishoudelijke afvalstoffen en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen worden aanvaard in het milieupark. Dit betekent dat enkel afvalstoffen gegenereerd uit een regulier werkend huishouden of afvalstoffen gelijkgesteld daaraan aanvaard worden.
Onder categorie 1 worden de volgende afvalstoffen ingedeeld:
Onder categorie 2 worden de volgende afvalstoffen ingedeeld, recycleerbare afvalstoffen, zoals:
Onder categorie 4 worden de volgende afvalstoffen ingedeeld, niet-recycleerbare afvalstoffen, zoals:
Onder categorie 5 worden de volgende afvalstoffen ingedeeld:
Artikel 2.- Artikel 3 van het reglement wordt als volgt aangepast:
"Het retributiebedrag wordt vastgesteld op basis van massa en de categorie van het afval:
De massa’s worden bepaald door middel van het gebruik van een geijkte weegbrug."
Artikel 3.- Artikel 4 van het reglement wordt aangepast als volgt:
"Voor de aanbreng van asbestcementplaten geldt een vrijstelling van de retributie voor de eerste 200,- kg per gezin aangebracht indien dit volledig afzonderlijk wordt aangeboden. De aangebrachte asbestplaten dienen in doorzichtige plasticfolie aangeleverd te worden."
Artikel 4.- Bijgevoegde gecoördineerde versie van het retributiereglement wordt goedgekeurd.
Artikel 5.- Deze wijziging treedt in werking op 1 januari 2023.
Artikel 6.- Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van deze beslissing.
Artikel 7.- Deze beslissing wordt, bij toepassing van artikel 285 e.v. van het Decreet Lokaal Bestuur, bekendgemaakt op de gemeentelijke website, met vermelding van zowel de datum waarop het werd aangenomen als de datum waarop het op de gemeentelijke website bekendgemaakt wordt. Daarnaast wordt, overeenkomstig artikel 330 van hetzelfde decreet, de toezichthoudende overheid op de hoogte gebracht van de bekendmaking van dit besluit.
Bij mail dd. 19 december 2022 werd ons door Intradura gemeld dat de prijsindexatie van de restafvalzakken niet zal ingaan op 1 januari 2023 gezien niet alle vennoten dit op dit ogenblik wensen toe te passen waardoor de voorgestelde prijsindexatie niet wordt doorgevoerd.
Om voormelde reden wordt dit agendapunt van de agenda afgevoerd en wordt volgend agendapunt aan de agenda toegevoegd:
"Prijsaanpassing intergemeentelijke restafvalzakken: principieel akkoord mits akkoord van alle deelnemende gemeenten"
De opbrengst van deze retributie is voorzien in het meerjarenplan 2020-2025 onder jaarbudgetrekening GBB/0300-00/7040999/GEMEENTE/CBS/IP-GEEN.
Artikel 1.-Agendapunt "Retributiereglement op het ter beschikking stellen van intergemeentelijke restafval-, GFT- en PMD-zakken: aanpassing vanaf 1 januari 2023" wordt afgevoerd.
Artikel 2.- Volgend agendapunt wordt aan de agenda van de gemeenteraad van 20 december 2022 toegevoegd: "Prijsaanpassing intergemeentelijke restafvalzakken: principieel akkoord mits akkoord van alle deelnemende gemeenten" (GR/2022/184).
De gemeenteraad heeft op 24 november 2020 het retributiereglement op het ter beschikking stellen van intergemeentelijke restafval-, GFT- en PMD-zakken goedgekeurd. Het reglement werd een eerste keer aangepast door de gemeenteraad in zitting van 30 november 2021 (toevoeging personen die sondevoeding krijgen aan artikel 4) en een tweede keer in zitting van 21 december 2021 (invoering PMD-zak van 100 liter).
De intergemeentelijke opdrachthoudende vereniging Intradura heeft laten weten dat volgende aanpassing van de tarieven van de restafvalzakken absoluut noodzakelijk is omwille van de hoge inflatie en indexering:
Enkel de prijzen van de restafvalzakken zouden verhoogd worden met 15 %: Vlaanderen hanteert het principe 'de vervuiler betaalt' en het is de bedoeling om de goede sorteerder buiten schot te laten.
Bij mail dd. 19 december 2022 werd ons door Intradura gemeld dat de prijsindexatie van de restafvalzakken niet zal ingaan op 1 januari 2023 gezien niet alle vennoten dit op dit ogenblijk wensen toe te passen.
Door de raad van bestuur van Intradura wordt gevraagd om een officiële standpuntbepaling rond dit onderwerp te nemen.
De grondwet, in het bijzonder artikel 173.
Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 en haar latere wijzigingen, in het bijzonder de artikelen 41, tweede lid, 14°, 285-287 en 330.
De omzendbrief KB/ABB 2019/2 betreffende de gemeentefiscaliteit van 15 februari 2019.
Het wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen van 13 april 2019, zoals later gewijzigd.
De beslissing van de gemeenteraad van 17 december 2019 houdende akkoord met de invoering van een uniforme restafval- en GFT-zak.
De beslissing van de gemeenteraad van 27 oktober 2020 houdende goedkeuring van het voorstel van Intradura tot ontzorging wat betreft de aan- en verkoop van PMD-zakken.
De beslissing van de gemeenteraad van 24 november 2020 houdende goedkeuring van het retributiereglement op het ter beschikking stellen van intergemeentelijke restafval-, GFT- en PMD-zakken.
De beslissing van de gemeenteraad van 30 november 2021 houdende een eerste aanpassing van voormeld retributiereglement.
De beslissing van de gemeenteraad van 21 december 2021 houdende een tweede aanpassing van voormeld retributiereglement.
De opbrengst van deze retributie is voorzien in het meerjarenplan 2020-2025 onder jaarbudgetrekening GBB/0300-00/7040999/GEMEENTE/CBS/IP-GEEN.
Schepen Herman Anthoons licht het agendapunt toe.
Raadslid Kristoff Hemelinckx stelt zich wel vragen bij de gratis zakken die worden toegekend. Hij vraagt om dit eens te bekijken bij een volgende prijsaanpassing.
Artikel 1.- De gemeenteraad is principieel akkoord met de door Intradura voorgestelde prijsaanpassing van de intergemeentelijke restafvalzakken op voorwaarde dat de andere deelnemende gemeenten eveneens akkoord zijn.
Artikel 2.- Als Intradura bevestigt dat alle deelnemende gemeenten met de prijsaanpassing akkoord zijn, zal de aanpassing van het retributiereglement voor goedkeuring aan de gemeenteraad worden voorgelegd.
Bij beslissing van 25 oktober 2022 van de kerkraad van de kerkfabriek Sint-Martinus werd het budget 2023 vastgesteld.
Er wordt een exploitatietoelage gevraagd van 9.520,36 euro.
Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
Decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten.
Besluit van de Vlaamse Regering van 13 oktober 2006 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van de erkende erediensten en van de centrale besturen van de erkende erediensten.
Ministerieel besluit van 27 november 2006 tot vaststelling van de modellen van de boekhouding van de besturen van de eredienst en ter uitvoering van artikel 46 van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 oktober 2006 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van erkende erediensten en van de centrale besturen van de erkende erediensten.
Omzendbrief BB 2013/01 van 1 maart 2013 betreffende de boekhouding van de besturen van de eredienst.
Gemeenteraadsbesluit van 17 december 2019 houdende de goedkeuring van het meerjarenplan 2020-2025 van de kerkfabriek Sint-Martinus.
Gemeenteraadsbesluit van 30 juni 2020 houdende de goedkeuring van de meerjarenplanaanpassing 2020-2025/1 van de kerkfabriek Sint-Martinus.
Budget 2022 van de kerkfabriek Sint-Martinus, zoals vastgesteld in de kerkraad van 25 oktober 2022.
Bij brief van 21 november 2022 van het Aartsbisdom Mechelen-Brussel werd gunstig advies verleend over dit budget.
Enig artikel.- Er wordt akte genomen van het budget 2023 van de kerkfabriek Sint-Martinus.
Bij beslissing van de kerkraad van 12 september 2022 van de kerkfabriek Sint-Niklaas werd het budget 2023 vastgesteld.
Er wordt een exploitatietoelage van 14.852,62 euro gevraagd.
Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
Decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten.
Besluit van de Vlaamse Regering van 13 oktober 2006 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van de erkende erediensten en van de centrale besturen van de erkende erediensten.
Ministerieel besluit van 27 november 2006 tot vaststelling van de modellen van de boekhouding van de besturen van de eredienst en ter uitvoering van artikel 46 van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 oktober 2006 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van erkende erediensten en van de centrale besturen van de erkende erediensten.
Omzendbrief BB 2013/01 van 1 maart 2013 betreffende de boekhouding van de besturen van de eredienst.
Gemeenteraadsbesluit van 17 december 2019 houdende de goedkeuring van het meerjarenplan 2020-2025 van de kerkfabriek Sint-Niklaas.
Budget 2023 van de kerkfabriek Sint-Niklaas, zoals vastgesteld in de kerkraad van 12 september 2022.
Bij brief van 21 december 2022 van het Aartsbisdom Mechelen-Brussel werd gunstig advies verleend over dit budget.
Enig artikel.- Er wordt akte genomen van het budget 2023 van de kerkfabriek Sint-Niklaas.
Bij beslissing van 29 september 2022 van de kerkraad van de kerkfabriek Sint-Pieter werd het budget 2023 vastgesteld.
Er wordt geen exploitatietoelage gevraagd.
Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
Decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten.
Besluit van de Vlaamse Regering van 13 oktober 2006 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van de erkende erediensten en van de centrale besturen van de erkende erediensten.
Ministerieel besluit van 27 november 2006 tot vaststelling van de modellen van de boekhouding van de besturen van de eredienst en ter uitvoering van artikel 46 van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 oktober 2006 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van erkende erediensten en van de centrale besturen van de erkende erediensten.
Omzendbrief BB 2013/01 van 1 maart 2013 betreffende de boekhouding van de besturen van de eredienst.
Gemeenteraadsbesluit van 17 december 2019 houdende de goedkeuring van het meerjarenplan 2020-2025 van de kerkfabriek Sint-Pieter.
Budget 2023 van de kerkfabriek Sint-Pieter zoals vastgesteld in de kerkraad van 29 september 2022.
Bij brief van 21 november 2022 van het Aartsbisdom Mechelen-Brussel werd gunstig advies verleend over dit budget.
Enig artikel.- Er wordt akte genomen van het budget 2023 van de kerkfabriek Sint-Pieter.
Bij beslissing van 19 juli 2022 van de kerkraad van de kerkfabriek Sint-Ursmarus werd het budget 2023 vastgesteld.
Er wordt een exploitatietoelage gevraagd van 7.348,83 euro.
Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
Decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten.
Besluit van de Vlaamse Regering van 13 oktober 2006 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van de erkende erediensten en van de centrale besturen van de erkende erediensten.
Ministerieel besluit van 27 november 2006 tot vaststelling van de modellen van de boekhouding van de besturen van de eredienst en ter uitvoering van artikel 46 van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 oktober 2006 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van erkende erediensten en van de centrale besturen van de erkende erediensten.
Omzendbrief BB 2013/01 van 1 maart 2013 betreffende de boekhouding van de besturen van de eredienst.
Gemeenteraadsbesluit van 17 december 2019 houdende de goedkeuring van het meerjarenplan 2020-2025 van de kerkfabriek Sint-Ursmarus.
Budget 2023 van de kerkfabriek Sint-Ursmarus, zoals vastgesteld in de kerkraad van 19 juli 2022.
Bij brief van 21 november 2022 van het Aartsbisdom Mechelen-Brussel werd gunstig advies verleend over dit budget.
Enig artikel.- Er wordt akte genomen van het budget 2023 van de kerkfabriek Sint-Ursmarus.
Bij beslissing van 3 november 2022 van de kerkraad van de kerkfabriek Onze-Lieve-Vrouw Bijstand het budget 2023 vastgesteld.
Het budget 2023 dient voor aktename te worden voorgelegd aan de gemeenteraad.
Er wordt een exploitatietoelage van 25.600,07 euro en een investeringstoelage van 20.000 euro gevraagd.
Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
Decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten.
Besluit van de Vlaamse Regering van 13 oktober 2006 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van de erkende erediensten en van de centrale besturen van de erkende erediensten.
Ministerieel besluit van 27 november 2006 tot vaststelling van de modellen van de boekhouding van de besturen van de eredienst en ter uitvoering van artikel 46 van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 oktober 2006 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van erkende erediensten en van de centrale besturen van de erkende erediensten.
Omzendbrief BB 2013/01 van 1 maart 2013 betreffende de boekhouding van de besturen van de eredienst.
Gemeenteraadsbesluit van 17 december 2019 houdende de goedkeuring van het meerjarenplan 2020-2025 van de kerkfabriek O.L.V. Bijstand.
Bij brief van 21 november 2022 van het Aartsbisdom Mechelen-Brussel werd gunstig advies verleend over dit budget.
Enig artikel.- Er wordt akte genomen van het budget 2023 van de kerkfabriek Onze-Lieve-Vrouw Bijstand.
Uitbreiding van het algemeen politiereglement voor de politiezone Pajottenland betreffende overtredingen op het stilstaan en parkeren en de verkeersborden C3 en F103 vastgesteld met automatisch werkende toestellen (zogenaamde GAS 4 inbreuken) en de gemeentelijke administratieve boetes voor beperkte snelheidsovertredingen op de plaatsen waar de snelheid is gelimiteerd tot 30 km per uur of 50 km per uur (GAS 5).
De gemeente Gooik legt bij wijze van dit algemeen reglement de verschillende aspecten van de procedure vast ingeval een inbreuk werd vastgesteld op één van de bepalingen van de politieverordening betreffende overtredingen op het stilstaan en het parkeren en de overtredingen betreffende de verkeersborden C3 en F103 vastgesteld met automatisch werkende toestellen, die aanleiding kunnen geven tot het opleggen van een administratieve geldboete.
Voornoemde politieverordening geeft uitvoering aan artikel 3, 3° van de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties. Hierin wordt bepaald dat de gemeenteraad een administratieve geldboete kan voorzien voor de inbreuken opgesomd in het Koninklijk Besluit van 9 maart 2014 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties voor de overtredingen betreffende het stilstaan en het parkeren en voor de overtredingen betreffende de verkeersborden C3 en F103, vastgesteld met automatisch werkende toestellen.
Het Vlaams Parlement geeft sinds 1 februari 2021 aan lokale besturen de mogelijkheid om de beperkte snelheidsovertredingen op plaatsen waar de maximumsnelheid gelimiteerd is tot 30 km per uur of 50 km per uur via de gemeentelijke administratieve sancties te bestraffen. Hiervoor werd een nieuw artikel 29 quater ingevoerd in de wet van 16 maart 1968. Wanneer de beperkte snelheidsovertredingen voldoen aan de voorwaarden om via de gemeentelijke administratieve sancties te worden bestraft, heeft dit de depenalisering tot gevolg.
Het lokaal bestuur opteert om de beperkte snelheidsovertredingen op de plaatsen waar de snelheid is gelimiteerd tot 30 km per uur of 50 km per uur via de gemeentelijke administratieve sancties te bestraffen. Nieuwe ANPR-trajectcontroles kunnen geïnstalleerd worden na locatie bepaling en de afhandeling gaat via een sanctionerend ambtenaar aangesteld door de gemeenteraad dewelke in tegenstelling tot de gewestelijke verwerkingscentra niet beperkt zijn door quota.
Er wordt voorgesteld het politiereglement aan te passen, waarbij alle snelheidsovertredingen van voertuigen met een Belgische nummerplaat via GAS5 behandeld zullen worden. De snelheidsovertredingen van alle andere voertuigen (dus met een buitenlandse nummerplaat) zullen strafrechtelijk behandeld worden.
| Volgende bevoegdheidsgrond en regelgeving is van toepassing: Bevoegdheidsgrond:
Regelgeving:
|
Artikel 1.- De gemeenteraad gaat akkoord om het algemeen politiereglement uit te breiden met GAS4 en GAS5.
Artikel 2.- Volgende reglementen zoals integraal opgenomen bij dit besluit, worden goedgekeurd:
Artikel 3.- Een afschrift van dit besluit wordt bezorgd aan de korpschef van de politiezone, de sanctionerend ambtenaar, de griffie van de bevoegde politierechtbank en de procureur des Konings.
Door de N-VA-fractie werd bijkomend agendapunt ingediend: Huisvesting gemeentelijke academie voor Muziek, Woord en Dans te Gooik: aanstellen erkend extern bemiddelaar
Aanleiding en context
Sinds meer dan 3 jaar ligt de beslissing van het Gooikse bestuur, om de bibliotheek en de Academie voor Muziek, Woord en Dans in private infrastructuur van het STEAM-project te huisvesten, onder vuur. Eerder kwam het betrokken buurtcomité een enquete afgeven waarin de burgers uit het Gooikse centrum deze beslissing aanvechten. Maar nog belangrijker is de weerstand bij de leerkrachten, leerlingen en ouders van leerlingen tegen deze beslissing. Er werd een smeekbede aan het bestuur gericht om gehoord te worden, want het is duidelijk dat de beslissing om de academie te verhuizen naar het STEAM-project geen draagvlak heeft bij de Gooikse burger en bij het personeel en de leerlingen van de Academie. Tot op heden gaat het bestuur niet in op de bede om constructieve gesprekken aan te gaan en de betrokken mensen hun bezorgdheden te aanhoren.
Motivering
Gelet op
- de verkleining van het leerlingenbereik
- het ontnemen van de kans op kunstonderwijs in het centrum Gooik en diens perimeter
- grote concurrentie tussen de vestigingsplaatsen onderling
- het niet behalen van de minimumnorm inschrijvingen, met het risico op loonverlies of afvloeiing personeel
- het ontbreken van contractuele garanties of inspraak over het autonoom kunnen werken als academie binnen een zeer groot geheel aan actoren in de voorgestelde
nieuwe huisvesting
Besluit
Artikel 1.- De gemeenteraad, op advies van de Academie-commissie, gelast het college van burgemeester en schepenen onverwijld een extern en erkend bemiddelaar aan te stellen met de opdracht:
De burgemeester geeft toelichting bij het STEAM-project.
Enig artikel.- Het bijkomend agendapunt ingediend door de N-VA-fractie: "Huisvesting gemeentelijke academie voor Muziek, Woord en Dans te Gooik: aanstellen erkend extern bemiddelaar" wordt verworpen.
Het reglement van het gemeentelijk promotiefonds dient, na evaluatie door de stuurgroep, aangepast te worden.
Dit zijn de voornaamste wijzigingen:
Positief advies
Schepen Gunther De Wilde licht de aanpassingen aan het reglement goed.
Raadslid Kristoff Hemelinckx meldt namens de N-VA-fractie dat al hun bezorgdheden die zij eerder hadden, nu in het reglement werden opgenomen.
Artikel 1.- De gemeenteraad gaat akkoord met de wijzigingen aan het bij onderhavig besluit gevoegde reglement gemeentelijk promotiefonds
Artikel 2.- De wijzigingen treden in werking met ingang vanaf 1 januari 2023.
We vragen de gemeenteraad om kennis te nemen van de agenda van de Algemene Vergadering van PEVA Plattelandscentrum Paddenbroek op 21.12.2022.
Cfr. artikel 15 van de statuten van de PEVA Plattelandscentrum Paddenbroek
Enig artikel.- De gemeenteraad neemt kennis van de agendapunten van de Algemene Vergadering van PEVA Plattelandscentrum Paddenbroek van 21 december 2022:
De intergemeentelijke preventiedienst gezondheid Pajottenland en het beheerscomité vragen om kennis te nemen van het actieplan 2023 en om de begroting 2023 goed te keuren.
Het beheerscomité heeft geen zelfstandige beslissingsbevoegdheid. Het beheerscomité kan input geven ter advies maar onderstaande punten moeten voorgelegd worden aan de gemeenteraad:
- actieplan 2023
- begroting 2023
Het beheerscomité en de intergemeentelijke preventiedienst gezondheid Pajottenland vragen om kennis te nemen van het actieplan 2023 en om de begroting 2023 goed te keuren.
Het decreet lokaal bestuur, artikel 40, 285-288, 330-334.
Het gemeenteraadsbesluit dd. 24 november 2009 houdende de toetreding tot de intergemeentelijke preventiedienst drugs en alcohol Pajottenland.
Schepen Jonas De Maeseneer licht het agendapunt toe.
Raadslid Jason Broodcoorens meldt namens de N-VA-fractie dat zij dit agendapunt niet kunnen goedkeuren gezien zij niet tevreden zijn over de evolutie van de preventiedienst.
Artikel 1.- De gemeenteraad neemt kennis van het actieplan 2023 van de intergemeentelijke preventiedienst gezondheid Pajottenland.
Artikel 2.- De gemeenteraad keurt de begroting 2023 van de intergemeentelijke preventiedienst gezondheid Pajottenland goed.
Artikel 3.- Een afschrift van onderhavig besluit over te maken aan de intergemeentelijke preventiedienst gezondheid Pajottenland.
De zitting wordt gesloten om 23u06
De voorzitter sluit de zitting op 20/12/2022 om 23:06.
Namens Gemeenteraad,
Eric Van Snick
Algemeen directeur
Lieven Krikilion
Voorzitter